SOAP HTTP Binding

HTTP-protocol

HTTP communiceert bovenop TCP/IP. Een HTTP-cliënt maakt een TCP-verbinding met een HTTP-server. Na het opzetten van de verbinding kan de klant een HTTP-aanvraagbericht naar de server verzenden:

POST /item HTTP/1.1
Host: 189.123.345.239
Content-Type: text/plain
Content-Length: 200

Daarna zal de server deze aanvraag verwerken en vervolgens een HTTP-reactie naar de klantcomputer verzenden. Deze reactie bevat een statuscode die de status van de aanvraag kan aangeven:

200 OK
Content-Type: text/plain
Content-Length: 200

In het bovenstaande voorbeeld heeft de server een statuscode van 200 teruggegeven. Dit is de standaard succescode van HTTP.

Als de server de aanvraag niet kan decoderen, kan hij een dergelijk bericht terugsturen:

400 Bad Request
Content-Length: 0

SOAP HTTP Binding

Een SOAP-methode verwijst naar een HTTP-aanvraag/antwoord dat voldoet aan de SOAP-coderingsregels.

HTTP + XML = SOAP

Een SOAP-aanvraag kan een HTTP POST- of HTTP GET-aanvraag zijn.

Een HTTP POST-aanvraag vereist ten minste twee HTTP-headers: Content-Type en Content-Length.

Content-Type

De Content-Type header van de SOAP-aanvraag en -antwoord kan het MIME-type van het bericht definiëren, evenals de character encoding die wordt gebruikt voor de XML-bron van de aanvraag of het antwoord (optioneel).

Syntax

Content-Type: MIMEType; charset=character-encoding

Example

POST /item HTTP/1.1
Content-Type: application/soap+xml; charset=utf-8

Content-Length

De Content-Length header van de SOAP-aanvraag en -antwoord definieert het aantal bytes van de aanvraag- of antwoordbron.

Syntax

Content-Length: bytes

Example

POST /item HTTP/1.1
Content-Type: application/soap+xml; charset=utf-8
Content-Length: 250