ASP Session Object

De sessie-object wordt gebruikt om informatie over een gebruikerssessie (sessie) op te slaan of de relevante instellingen te wijzigen. Variabelen die worden opgeslagen in het sessie-object beheersen de informatie van een enkele gebruiker en zijn deze informatie beschikbaar voor alle pagina's op de pagina.

Voorbeeld

Instellen en retourneren van LCID
Dit voorbeeld demonstreert de 'LCID'-eigenschap. Deze eigenschap stelt in en retourneert een integer die een locatie of regio aanduidt. Inhoud zoals datum, tijd en valuta moet op basis van de locatie of regio worden weergegeven.
Retourneer SessionID
Dit voorbeeld demonstreert de 'SessionID'-eigenschap. Deze eigenschap retourneert een unieke id voor elke gebruiker. Deze id wordt gegenereerd door de server.
Sessie-timeout
Dit voorbeeld demonstreert de 'Timeout'-eigenschap. Dit voorbeeld stelt de timeout-tijd (in minuten) van de sessie in en retourneert deze.

Session-object

Wanneer je een applicatie gebruikt, start je deze, maak je enkele wijzigingen en sluit je deze vervolgens. Dit proces lijkt veel op een gesprek (sessie). De computer weet wie je bent. Het weet ook wanneer je de applicatie hebt gestart en gesloten. Maar op het internet ontstaat er een probleem: de webserver weet niet wie je bent en wat je doet, omdat HTTP-adressen de status (informatie) niet kunnen onthouden.

ASP lost dit probleem op door voor elke gebruiker een unieke cookie te maken. De cookie wordt naar de server gestuurd en bevat informatie die de gebruiker herkent. Dit interface wordt Session-object genoemd.

Het Session-object wordt gebruikt om informatie over een gebruikerssessie (sessie) op te slaan of relevante instellingen te wijzigen. Variabelen die in het Session-object worden opgeslagen, bevatten informatie over een enkele gebruiker en zijn beschikbaar op alle pagina's in de pagina. Informatie die in de sessievariabelen wordt opgeslagen, is meestal naam, id en parameters. De server maakt voor elke nieuwe gebruiker een nieuw Session-object aan en intrekt dit object wanneer de sessie verloopt.

Hieronder zijn de collectie, eigenschappen, methoden en gebeurtenissen van het Session-object:

Collectie

Collectie Description
Contents Bevat alle items die met behulp van een scriptcommando aan de sessie zijn toegevoegd.
StaticObjects Bevat alle objecten die met behulp van de HTML <object>-tag aan de sessie zijn toegevoegd.

Eigenschap

Eigenschap Description
CodePage Stelt het character set vast dat wordt gebruikt voor het weergeven van dynamische inhoud.
LCID Stel in of retourneer een integer voor een specifieke locatie of regio. Inhoud zoals datum, tijd en valuta wordt weergegeven op basis van de locatie of regio.
SessionID Geef voor elke gebruiker een unieke id terug. Deze id wordt gegenereerd door de server.
Timeout Stel in of retourneer de timeout-tijd (in minuten) van het sessieobject in de applicatie.

Methode

Methode Description
Verlaten Intrekken van een gebruikerssessie.
Contents.Remove Remove an item from the Contents collection.
Contents.RemoveAll() Remove all items from the Contents collection.

Event

Event Description
Session_OnEnd This event occurs when a session ends.
Session_OnStart This event occurs when a session starts.